Echappee Belle


Ergens in januari dit jaar kwam de advertentie van de Echappee Belle langs op mijn tijdlijn. Zoals wel vaker is er dan zo’n heel gaaf filmpje bij van de organisatie waarin ze alles heel mooi en aantrekkelijk laten zien: bergmeertjes, blije hardlopers, ruige toppen en idylische alpenweides waar drones vanaf de best gekozen hoeken de zonsondergang vast hebben gelegd. Ja nou dan heb je me. Meestal vind ik de wedstrijd die ze gefilmd hebben dan een leuk idee voor op het to do lijstje, lange termijn. Nu vond ik het wel tijd om er eens echt werk van te maken, het avontuur maar aan te gaan en kijken wat er zou gebeuren.

Zonder al te veel verwachtingen had ik me dus in januari ingeschreven voor de loting, met het idee dat ik toch niet door de loting heen zou komen en er niks aan de hand zou zijn, maar een week later kwam de inschrijvingsbevestiging met de mail mijn wedstrijdagenda inrollen. Hoppa!

21 augustus 10uur in de ochtend moest ik in Allevard bij de start verschijnen. Laatste startwave vanuit het kleine gezellige dorpje naar de eerste lange klim. Mijn twee favoriete fans stonden juichend langs het parcours, in spanning hoe ik de dag zou doorstaan. Met 62km in het vooruitzicht had ik alleen maar heel veel zin om een lange dag op pad te zijn in dit mooie berggebied. Want hoe vaak heb je nou zo’n mooie lange dag in de bergen. Zin in het onbekende ontdekken, fysieke discomfort opzoeken en gewoon een gave dag beleven. Tijd om te kijken of ik kon waarmaken waar ik al jaren van droom, zo’n ultra in de bergen.

De eerste klim was meteen 1700d+, met op 1200 de eerste post bij Super Collet. Lekker tempootje zoeken, ritme vinden en nog niet te gek doen. Het was flink steil, maar de paden waren nog gemakkelijk en een stuk skipiste was terrein om mensen in te halen. Vanaf de eerste meter was er een glimlach die ik niet uit kon zetten, het voelde goed om het avontuur aan te gaan, zoveel blije mensen om me heen! Na een korte stop bij de eerste verzorgingspost, inclusief live muziek van de sfeervolle jazzband, liep ik een stuk met een Nederlandse vrouw op, ben vergeten haar naam te vragen. We kletsten wat maar zodra de afdaling begon liep ik vooruit en heb ik haar niet meer teruggezien. Een supporter riep ‘Ils sont tous les champions… Et championnes!’ en mijn hoofd ging in allerlei hersenkronkels naar champignons. Die vergelijking had ik zelf niet gauw gemaakt, maargoed, gekke Fransen :p

In de afdaling haalde ik veel mensen in, die allemaal wandelend de afdaling daalden. Vreemd vond ik, want hij was zo lekker renbaar. Als ik dan voorbij kwam zeiden ze verbaasd ‘Aah c’est la jeune fille!’. Blijkbaar was ik opvallend jong, wat ook wel klopte als op één na jongste deelnemer aan de 62km.

Het eerste gedeelte van de wedstrijd (tot 40km) bestond voornamelijk uit lange steile klims. Op 40km had ik een goeie 4000d+ al gehad. Best een pittige marathon dus. De route ging van de ene col naar de volgende, over graadjes en rotsachtige piekjes, met hier en daar een grote puinlawine aan rotsblokken om te doorkruisen. Het was 26km lopen vanaf de eerste naar de tweede verzorgingspost, heel ver dus. Gelukkig had de organisatie voor extra surprise waterposten gezorgd waar in ieder geval de dorst gelest kon worden.

De tweede post was een feestje. De organisatie verwelkomde iedere loper met een enorm enthousiasme en het vooruitzicht op eten en drinken. Een schattig jongetje van een jaar of 9 riep naar iedere loper ‘Soup?’ en werd heel blij als je dan ja zei. Zijn groente noodle soep was ook wel echt de beste die ik ooit gehad heb, niet door de kwaliteit maar door de timing. Net als het broodje Nutella – een hele dikke laag – waar vele jaloerse ogen van lopers naar gaapten, om vervolgens zelf ook weer in de rij te gaan staan om ook eentje te halen. De man bij de watertap had een gele krullenpruik op en was daarmee het vernoemen ook nog waard. Helaas kwam na dit feestje de harde realiteit van de volgende klim weer aangelopen.

Een groen dicht dennenbos vol paddestoelen (champignons?) was het decors van de volgende klim naar een col. Tijdens de klim begon het langzaam te schemeren, het daglicht begon op te raken voor het etmaal. In het kielzog van een jonge fransman harkte ik met de stokken naar boven. Voor de afstand en tijd voelde het nog redelijk soepel, vooral mentaal kostte het nog geen moeite. Bovenaan de klim, op een col, stonden mensen van de organisatie met tentjes en BBQ een vrolijk sfeertje te creëren bij zonsondergang. Voordat het lampje aanging nam ik nog even de tijd om links van me de roze zon te zien ondergaan, en rechts van me de volle maan in een oranje jasje te zien opkomen. Toen het echt te donker werd, moest toch de lichtbundel aan.

Wat volgde was een lange downhill in het donker. Ik liep met locale hardloper Phillipe, die zijn liefde voor ‘zijn’ bergen graag deelde. Toen hij zei dat we de komende 6km dalend wel in 40min konden lopen, was bij mij gelijk de downhill modus getriggerd. Samen sjeesden we als een malle de berg af, richting de laatste verzorgingspost. Veel steile maar renbare switchbacks, waar we mensen in bleven halen, afgewisseld met breed vals plat naar beneden hellend pad. ‘You run down so fast! You’re crazy! Do you have a rendez-vous?’, riep hij. Een andere man haakte even aan maar besloot snel dat het tempo te hoog lag. In het donker afdalen was mijn nieuwe favoriet, had ik besloten.

Maar zodra het niet meer naar beneden ging, beetje vlakker, beetje omhoog, op terrein waar meer kracht nodig was, liep het niet meer. Veel kostbare kracht had ik in die afdaling gestoken, te veel. Het wrong aan alle kanten, heel plotseling. Met 50km in de benen liep ik tegen een fysieke en mentale barrière aan. Toen begon het spelletje eigenlijk pas. Ofja, het spelen was voorbij, nu was de mentale game aan!

Bij de laatste verzorgingspost was een gezellig kampvuur en weer dezelfde lekkere groente noodle soep. Veeeeeels te aangenaam dus. Maar de finish lonkte, nog één klim en één afdaling en dan was daar eindelijk de koeienbel bij de finish in Aiguebelle. Nog 12km, die er uiteindelijk 15 werden, te gaan.

Elke keer als ik dacht dat die laatste klim voorbij was, kwam er weer een steile bonus omhoog. Pijn pijn pijn. Vooral m’n schouders deden zeer van de hele dag een zware racevest dragen en harken met stokken om mezelf naar boven te duwen. De meeste kracht was er wel uit. Vanuit m’n tenen kon ik bovenaan nog een dribbeltje/strompeltje persen, traag maar sneller dan wandelen of stilstaan. Ik wilde een bed om in te slapen en dat zou alleen maar dichterbij komen door naar de finish te lopen. De laatste afdaling was een strompelende ellende, zere voeten, stijve hamstrings, mentale knak en wat nog meer. Dat dorp kwam maar niet en kwam maar niet. En elke keer als we langs huizen kwamen dacht ik er bijna te zijn maar dan bleek het weer één of ander onbekend gehucht…

Sommige lopers kwamen me nog heel soepel voorbij, wensten me goeie moed op de  laatste kilometers. Pffff ik wilde er zijn. Hoe erg moet je jezelf haten om dit te willen doen? Maar het was een mooie dag geweest, alleen de laatste kilometers waren minder leuk. Dat offer kan je dan toch wel leveren, uit dankbaarheid voor zo’n mooie dag? Nou, op dat moment was ik allesbehalve dankbaar nog 3km in een donker bos te moeten afdalen over vertical-waardige bospaadjes die glad waren van het losse zand en grind. Mijn niet zo soepele tred vereiste dat ik mijn stokken erbij pakte in de afdaling, iets wat ik echt nooit nooit nooit doe. Maar het hielp, het werd niet soepeler maar wel iets vlotter.

En dan, asfalt! Huh? Meen je dit! De afdaling stopte, vlakke geasfalteerde weg kwam in de plaats. Een man kwam me voorbij, hij was wandelend sneller dan ik, terwijl ik toch echt aan het ‘rennen’ was. Hoe moet dat eruit gezien hebben… :p Maakt niet uit, de finish kwam in zicht, het einde was daar! Ik ‘rende’ het parkje van Aiguebelle binnen, over het gras, een bocht door naar de streep, naar de koeienbel.

Met moeite (want mijn hoofd snapte zo snel niet meer hoe het werkte) luidde ik de bel, om vervolgens steunend op m’n stokken en geëmotioneerd naar adem te happen. Opluchting.

Stoel, stoel, alles op de wereld was minder belangrijk, ik wilde een stoel. Zitten. Plof, zucht, voorzichtig en vermoeid lachend op een stoel. Een cola en 2 blije fans bij de finish. Yes! I fucking did it!

2 gedachten over “Echappee Belle

Voeg uw reactie toe

  1. Hello Margot,
    I was just reading your story about l’Echappee Belle. I do not Know if you will get my message. Not so used to be connected to social network !
    Let’s see if we can share a little more than this Great escape ?
    I do not know if my message is privâte or not?
    Many thanks for your story.
    Manu thanks for including me!
    Yoû’re part if mine!
    Philippe
    #1833

    Like

  2. Hi Philippe ! So nice that you have read my story of the Echappee Belle. I hope you could understand the Dutch? 😅 It was great to share a part of the race with you! Thank you for leaving a reaction

    Like

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

Maak een gratis website of blog op WordPress.com.

Omhoog ↑

Ontwerp een vergelijkbare site met WordPress.com
Aan de slag